La Gleize ligt midden in het noordelijke gedeelte van de Belgische Ardennen. Het Museum December 44 is in een historisch pand in het centrum van het dorp gevestigd. Het is volledig gewijd aan de “Battle of the Bulge”, beter bekend als het Ardennen Offensief.
Als men aan het Ardennen Offensief denkt, denkt men onvermijdelijk aan de heldhaftige Amerikaanse troepen die in Bastogne omsingeld waren. Maar vanuit het Duitse perspectief lag de belangrijkste inzet en de grootste opmars in de noordelijke Ardennen. Voor de Duitsers was Bastogne slechts van secondair belang wat, net zoals andere verzetshaarden, snel omzeild moest worden.
Het zwaartepunt van het hele Duitse offensief rustte aldus op de 1e SS Panzer Regiment Leibstandarte Adolf Hitler onder leiding van de legendarisch commandant Obersturmbahnführer Jochen Peiper. De letterlijke bijnaam van deze divisie, de “bodyguard van Adolf Hitler”, afgekort als LAH, was een van de elite eenheden van de Waffen SS. Manschappen van de LAH waren zowel verantwoordelijk voor de bescherming van Hitler en maakten deel uit van de gevechtseenheid. Leden van de LAH waren betrokken bij diverse wreedheden en oorlogsmisdaden. Hun meest beruchte oorlogsmisdaad is de slachting van Amerikaanse krijgsgevangenen bij Baugnez-Malmedy.
Om de Duitse opmars te stoppen verplaatsten de Amerikanen enkele van hun divisies, waaronder de ervaren 3e Armored Division, de 30e Infantry Division en de paratroepen van de elite 82e Airborne Division.
Toen de 800 overlevenden van Peiper's 1e SS Panzer Regiment zich op kerstavond van 1944 na hun omsingeling terug trokken, lieten ze 135 gepantserde voertuigen achter, waaronder de “Konings Tijger” tank die nu voor het museum staat. Het afblazen van de aanval door Peiper wordt als een van de belangrijkste oorzaken gezien van de mislukking van het Duitse Ardennen Offensief. Men beweerd vaak dat de Amerikanen de slag om de Ardennen in Bastogne wonnen, maar dat de Duitsers het in la Gleize verloren.
In 1944 bood de crypte van de kerk bescherming voor de plaatselijke bevolking. De kelders van de huizen in la Gleize boden bescherming tegen Amerikaanse beschietingen aan zowel de burgers als aan de Duitse SS-ers en Amerikaanse krijgsgevangenen. Peiper zou een van zijn deserterende soldaten tegen de kerkmuur hebben geëxecuteerd.
De kerk heeft tijdens de gevechten zware schade opgelopen en de kerktoren was volledig vernield. In 1951 is de toren herbouwd. Precies tegenover de kerk bevind zich het Museum December 1944.
In het museum wordt de herinnering aan deze tragische gebeurtenissen levendig gehouden door middel van een van de indrukwekkendste oorlogsverzamelingen van Europa. De meeste voorwerpen uit deze unieke verzameling komen uit de directe omgeving van la Gleize.